Wie wij zijn
De Meerwaarde is een protestants-christelijke school voor voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo) en praktijkonderwijs (PrO). Daarnaast verzorgen wij onder licentie van MBO-Amersfoort een aantal mbo-opleidingen. We hebben een beroepsgericht profiel en bereiden leerlingen vanuit onze visie voor op een mbo-vervolgopleiding of als dat beter past (zo veel als mogelijk regulier) werk.
We zijn een protestants-christelijke school die duidelijk is over de eigen christelijke identiteit en tegelijkertijd openstaat voor iedereen die dat wil respecteren. Daarbij geldt dat we zonder dat we terughoudend zijn over onze identiteit, respect hebben voor andere geloofsovertuigingen. We hebben onze christelijke identiteit vanzelfsprekend verwoord in onze statuten1 en ons identiteitsbeleid, maar we willen vooral in de dagelijkse praktijk laten merken hoe het christelijk geloof ons telkens weer inspireert en motiveert om als mens in relatie met God, de mensen om ons heen en de schepping te leven. Onze christelijke identiteit komt dan ook terug in onze FilosoVisie.
In de praktijk betekent onze protestants-christelijke identiteit ook dat er bij werving en selectie nadrukkelijk aandacht is voor onze identiteit. Elke sollicitant wordt op een gelijke manier op dit punt bevraagd. Daarnaast is er aandacht voor hoe we ons christen-zijn verbinden aan ons denken en doen in de praktijk van alledag. Dat doen we door bezinning op dit thema voor nieuwe collega’s en daarnaast voor alle personeelsleden op onze studiedagen. Er zijn dag- en weekopeningen en met Kerst en Pasen zijn er centrale vieringen en vieringen in teams. Dagelijks zijn er dagopeningen die door onze eigen docenten godsdienst worden gemaakt.
Wat ons drijft, wat we willen bereiken en hoe
Onze missie is:
Geloof in elk talent!
Onze visie:
Samen talent ontwikkelen: verbindend, levensecht en toekomstgericht!
We hanteren drie strategische doelen:
- Leerlingen ontdekken hun talenten, ontwikkelen hun talenten en zetten deze optimaal in
- Leerlingen groeien uit tot gewilde vakmensen
- Leerlingen ontwikkelen zich tot evenwichtige mensen en actieve burgers
Christelijk
Op De Meerwaarde willen we dat jonge mensen tot hun recht komen en hun talent ontwikkelen. Dat betekent dat we leerlingen in een belangrijke fase van hun identiteitsvorming mogen helpen bij het ontdekken en ontwikkelen van wie ze zelf zijn in relatie tot anderen en de wereld om hen heen. Wij doen dat op De Meerwaarde vanuit de protestants-christelijke identiteit, waarbij geloof, hoop en liefde belangrijke richtinggevende waarden voor ons zijn.
Verbindend
Wij willen een leeromgeving creëren waarin sprake is van sámen talenten ontdekken en ontplooien. Hierbij hebben we oog voor verschillen en bieden we passende begeleiding.
We werken actief aan positieve relaties, tussen leerlingen onderling en tussen personeel en leerlingen. Vanuit daar ontwikkelt het vertrouwen in elkaar en groeit het respect voor elkaar. Dit draagt bij aan het realiseren van verbinding en een veilige omgeving, zowel binnen als buiten de school.
We hechten grote waarde aan ouderbetrokkenheid. Samen -school én ouders/verzorgers- hebben we een gedeelde verantwoordelijkheid voor de ontwikkeling van de leerlingen.
We zijn een school in de samenleving en vinden het onderhouden van een goede relatie met de buurt belangrijk. Samen willen we ontdekken wat we voor elkaar kunnen betekenen.
Levensecht
Wij geloven dat onze impact op het leren van leerlingen het grootst is wanneer hun leeromgeving zo ‘echt’ mogelijk is. Daarom willen we, naast de ‘werelden’ van henzelf en elkaar, ook de werelden van bedrijven en instellingen in de regio voor onze leerlingen meer toegankelijk maken. Denk hierbij aan stages, leerwerkplekken, bedrijfsbezoeken en (gast)lessen. Daarnaast creëren we leersituaties op school, waarin leerlingen kunnen werken aan levensechte opdrachten en waarmee we hun motivatie om te leren versterken.
Naast werken aan vaardigheden willen we ook een oefenplaats en een leergemeenschap zijn voor de samenleving. Leerlingen ontdekken dat fouten maken mag en leren wat samenwerken betekent. Zo kunnen ze bouwen aan zelfvertrouwen en verantwoordelijkheid. In een steeds bredere leeromgeving ontdekken ze het echte leven, wie ze zelf zijn en wie ze kunnen worden.
Toekomstgericht
In een wereld die in een hoog tempo verandert en naast kennis ook ontwikkeling van ‘brede’ vaardigheden vraagt, streven we naar een ontwikkelingsgerichte samenwerking met bedrijven en instellingen. Een samenwerking waarin voor alle betrokkenen ondernemerschap en duurzaamheid van belang zijn.
We willen leerlingen voorbereiden op de wereld van nu en die van de toekomst. En hen leren kritisch na te denken, vaardigheden te ontwikkelen die breed inzetbaar zijn en leren reflecteren op hun eigen talenten en doelen. Op deze manier stimuleren we onze leerlingen in hun ontwikkeling tot evenwichtige mensen en gewilde vakmensen.
Hoe we hier systematisch aan werken
Voor schoolontwikkeling die schoolbrede impact heeft, hebben we gekozen voor een projectmatige aanpak. Hoewel enkele zaken prima ‘in de lijn’ kunnen worden opgepakt, hebben we in 2016 namelijk gemerkt dat het lastig is om ‘schoolbreed’ te werken aan ontwikkeling. We werken volgens een op De Meerwaarde aangepaste methodiek van‘projectmatig creëren’. Vanuit de focus van het Strategisch Beleidsplan en de FilosoVisie maken we in toenemende mate keuzes. Keuzes over welke zaken we wel en niet oppakken en als we dingen oppakken, in welke samenhang we dat doen.
Aan de voorkant sturen we vanuit een Projecten-MT (PMT) op het portfolio van projecten zelf, op afgestemde projectopdrachten en de onderlinge relaties tussen projecten. Verder sturen we op de inhoudelijke doorontwikkeling van de methodiek van projectmatig creëren. Dit via de inzet van een ondersteunende functionele staf (Project Management Ondersteuning) en externe begeleiding door opleidingen van opdrachtgevers, projectleiders en projectleden. Daarnaast faciliteren we vanuit een visie van verdiepend leren een continu leren van, met en aan elkaar via leer- en ontwikkelbijeenkomsten.
In 2019 zijn opgepakt:
- De doorvertaling van het Strategisch Beleidsplan en dan met name de FilosoVisie in een pedagogisch kader. Een pedagogisch kader wat kan worden door vertaald in ons Leerplan;
- Een leiderschapsconcept passend bij de FilosoVisie waarin het onderwijskundig leiderschap helder is gedefinieerd;
- De herinrichting en invoering van een aantal cruciale onderwijsprocessen waar organisatie en inhoudelijke ontwikkeling bij elkaar komen, waaronder het jaarlijkse proces op weg naar de lessentabel en de verdere introductie van formatieve evaluatie;
- Vanuit de FilosoVisie en het pedagogisch kader een nog beter zicht krijgen op onze stakeholders. Dit wordt ondersteund door het doen van een omgevingsonderzoek met en voor de sectoren waarin we werkzaam zijn;
- Vanuit de FilosoVisie en passend bij het nieuwe leiderschapsperspectief een duidelijke positionering bepalen van het Onderwijs Service Bureau en de leergebieden in de inrichting van de organisatie;
- Via zogenaamde ‘kwaliteitsspiegels’ een kwaliteitsbenadering ontwikkelen die uitgaat van eigenaarschap zo dicht mogelijk bij de teams en die gelijktijdig eigenaarschap en koersbepaling praktisch ondersteunt. Deze sturing is passend bij de FilosoVisie en ons HR beleid én passend bij de notie van ‘Terug naar de bedoeling’;
- Vanuit bovenstaande komen tot een heroverweging van de leerroutes.
Deze bewegingen zijn in onderstaande afbeelding samengevat:
Aanvullend verdienen nog een drietal projecten aandacht: Versterking Techniek, Onderwijs & ICT en het project Huisvesting. We lopen in het vervolg van dit bestuursverslag eerst bovenstaande ‘bewegingen’ langs en daarna de drie overige projecten.
Pedagogisch kader
In 2019 hebben we het pedagogisch kader vastgesteld. Inhoudelijk hebben we ervoor gekozen om in het pedagogisch kader voor onszelf een pedagogische opdracht te formuleren en gelijktijdig onze stakeholders als educatieve partners te benoemen:
“Opgroeien vindt plaats in een sociale omgeving. Vanuit hun natuurlijke nieuwsgierigheid willen jongeren hierin ontdekken en nieuwe ervaringen opdoen. In hun ontwikkeling zijn zij competent, met unieke kwaliteiten en veel groeimogelijkheden. Als De Meerwaarde zien wij daarom in elke situatie als onze opdracht: bijdragen aan de ontwikkeling van de jongere. Ons pedagogisch denken is hierbij georiënteerd op de toekomst. We begeleiden onze leerlingen in het maken van keuzes die nodig zijn tijdens hun schoolloopbaan en daarna. Vanuit deze pedagogische functie werken wij samen met onze educatieve partners. We zijn ons ervan bewust dat we elkaar hierin nodig hebben. We kijken verder dan gedrag. We zijn daarom betrokken bij onze leerlingen, ondersteunen hun groei in zowel geloof in eigen kunnen als groei naar verbondenheid en stemmen ons handelen op hen af. Zo bereiken we samen een hoge kwaliteit van interactie, een belangrijke basis voor de bijdrage aan de ontwikkeling van de jongere.”
Zoals beschreven in het strategisch beleidsplan 2019-2023 hebben we in 2019 hierover doorgesproken op een tweetal studiedagen. Daar zijn onder het motto ‘We willen de ogen van leerlingen laten stralen’ een zestal zogenaamde ‘leidende principes’ uit naar voren gekomen.
‘We willen ogen van leerlingen laten stralen’, door:
- te zien wie zij zijn;
- hen de ruimte te geven;
- eerlijk te zijn;
- hen verantwoordelijkheid te geven;
- met hen samen te werken;
- recht te doen / op Jezus te wijzen.
Het pedagogisch kader zal in 2020 worden opgenomen in het Leerplan.
Leiderschap
Nadat het project leiderschap eind 2018 was afgerond, heeft het PMT de visie met enkele inhoudelijke noties aangevuld en de visie op leiderschap vastgesteld. In de visie wordt ‘verbindend leiderschap’ voor De Meerwaarde geduid op vijf niveaus:
- Niveau van verbinding met jezelf: persoonlijk leiderschap;
- Niveau van medewerkers waar je leiding aan geeft;
- Niveau van het bestuur, directie en teamleiders, waar je leiding van krijgt;
- Niveau van collega-directie, teamleiders, staf, met wie je leiding geeft;
- Niveau van stakeholders: leerlingen, ouders/verzorgers, bedrijven, maatschappelijke instellingen, en alle bekenden in de buitenwereld, buurt en samenleving.
In de visie is verwoord hoe het leiderschap stuurt op ontwikkeling en groei, eigenaarschap bij de medewerkers, een cultuur van professionele dialoog en waarderend onderzoeken en stuurt op verbinding tussen de teams en de stakeholders. Van belang is ook dat duidelijk is bepaald dat onderwijskundig leiderschap bij directie en teamleiders is belegd. Deze duidelijkheid is van belang voor de aansturing van de leerroutes en de positionering van de leergebieden.
Herinrichting cruciale onderwijsprocessen
In 2019 is het jaarlijkse proces van hoe te komen tot een passende lessentabel herijkt. Er is nu duidelijker uitgewerkt hoe we vanuit het jaarlijks vast te stellen Leerplan tot een goede lessentabel kunnen komen. Namelijk: door middel van een doelgericht en verbindend proces waarin duidelijkheid is over wie, wanneer, vanuit welke rol welke bijdrage kan leveren gedurende het jaar (dus ingebed in de P&C cyclus).
Voor formatieve evaluatie hebben we in 2019 aanvullende expertise opgedaan en deze waarderend en onderzoekend via docent-experts ingebracht in teams en leergebieden. Dit conform de tussendoelstelling voor dit traject in 2019. Het lidmaatschap van De Meerwaarde van het landelijk Leernetwerk Formatieve Evaluatie heeft hier echt bij geholpen. De ontwikkeling van formatieve evaluatie is in 2019 bovendien ingebed in een onderdeel van het jaarlijkse proces op weg naar het Leerplan. Dit is een mooie opmaat naar het doel: formatieve evaluatie in schooljaar 2020-2021 zichtbaar te laten zijn in de lessen.
Stakeholders en omgevingsonderzoek
In 2019 is vanuit het project Stakeholdersbeleid een visie over stakeholdersbenadering opgesteld. In het rapport wordt onderscheid gemaakt in groepen stakeholders en omschreven hoe een zo duurzaam mogelijke opbouw van de stakeholdersrelatie kan worden bereikt. Essentieel daarbij is het regisseren van de balans tussen de belangen van de verschillende stakeholders. Het gaat om het betrekken van de juiste stakeholders, het zoeken naar de verbinding, het openstaan voor beïnvloeding en feedback, het winnen van vertrouwen en het achteraf kunnen verantwoorden. Via het managen van de betrokkenheid van stakeholders kan binnen de schoolorganisatie worden gezocht naar de juiste balans tussen enerzijds noodzakelijke veranderingen/vernieuwingen en tegelijkertijd voldoende draagvlak; en anderzijds tussen voldoende dynamiek en tegelijkertijd een zekere stabiliteit en rust. Deze balans is belangrijk om de samenwerking zowel extern als intern te laten slagen.
De komende jaren zullen we per doelgroep en gremium specifieke doelen bepalen. Op deze wijze willen wij ons Educatief Partnerschap doorontwikkelen. Daarbij gaat het niet alleen om wat we inhoudelijk willen bereiken, maar ook wie we daarbij betrekken en welke (reguliere en specifieke) activiteiten we daarvoor inzetten.
In 2019 is met externe begeleiding, als een soort nulmeting per sector, ook het omgevingsonderzoek uitgevoerd. Uit deskresearch en werkveldbijeenkomsten kwamen per sector verschillende aanbevelingen. Overstijgend waren ook meerdere duidelijke trends aan te wijzen, we noemen de drie belangrijkste:
- ICT/technologische vernieuwingen: de impact van technologische vernieuwing en ICT is breed en diep. Het is zaak om blijvend aandacht te besteden aan de digitale vaardigheden van leerlingen en docenten. Er is vanuit het werkveld vooral behoefte aan versterking van de algemene digitale vaardigheden van leerlingen (digitale geletterdheid), zoals informatievaardigheden en computational thinking en -waar mogelijk- aan vakspecifieke ICT-toepassingen.
- Duurzame ontwikkeling heeft impact op veel sectoren, bedrijven en beroepen. Verdere bewustwording over duurzame ontwikkeling is daarom belangrijk. Concrete vertaling van de impact van duurzame ontwikkeling op een sector (of beroep) zou in samenwerking met een aantal bedrijven uitgevoerd kunnen worden. Vooral de sectoren Groen en Techniek staan open voor zo’n samenwerking.
- Verzwaring van beroepen door hogere opleidingseisen of meer administratieve taken. Verzwaring en toename administratieve druk in aantal beroepen via oriëntatie profielkeuze, stages, gastlessen en lbo-lessen onder aandacht brengen van de leerlingen. Nadrukkelijk blijven benoemen van de arbeidsmarktperspectieven van vervolgopleidingen op mbo-niveau.
Deze en de andere aanbevelingen zijn conform het advies specifiek in verschillende ontwikkelingen en projecten belegd, zoals de ontwikkeling van de leerroutes, het project onderwijs en ICT en enkele vervolgprojecten (o.a. brede vorming en Goede Start).
Herpositionering OSB: Intern expertise- en begeleidingscentrum (EBC)
In 2019 hebben we ook belangrijke stappen gemaakt in onze visie op hoe we onderwijsontwikkeling, ondersteuning en keuzebegeleiding willen vormgeven. Dat heeft geleid tot positionering van ons (interne) Expertise en Begeleidingscentrum (EBC – voorheen OSB: Onderwijs Service Bureau) in het onderwijs. Voorheen was het OSB vooral gericht op de ondersteuning van leerlingen en collega’s rondom de afhandeling van specifieke ondersteuningsvragen. In 2019 is de stap gemaakt vanuit de visie dat al ons onderwijs passend onderwijs is. Het EBC hebben we daarbij in het hart van het onderwijs gepositioneerd. Als faciliterend en adviserend expertisecentrum voor de processen welkom, leren, kiezen, welzijn en overdracht. Dit inclusief het cyclisch ondersteunen van (passend) onderwijs-kwaliteitsbeleid).
Het stakeholdersbeleid en de herpositionering van het EBC ander kan worden geïllustreerd aan de hand van onderstaande afbeelding.

Professioneel ontwikkelingsgericht
In 2019 is op basis van het strategisch HR-plan van 2018, na een participatief proces waarin collega’s volop konden meedenken, het loopbaanbeleid verder uitgewerkt. Binnen onze ‘platte’ schoolorganisatie zijn verticale loopbaanpaden relatief schaars, terwijl er wel volop ontwikkelingskansen zijn. Want binnen de onderwijsteams zijn tal van mogelijkheden voor docenten om zich te specialiseren of deel te nemen aan projecten. Ontwikkeling is dus zowel horizontaal als verticaal mogelijk; de nadruk ligt niet op hiërarchische ontwikkeling. De verticale ontwikkeling van docent is mogelijk in LB, LC en LD of richting een leidinggevende functie.
In het vastgestelde loopbaanbeleid wordt er daarom van uitgegaan dat een docent bij De Meerwaarde verschillende rollen heeft. Onder een rol verstaan we ‘een afgebakend maar samenhangend stuk werk, waarvoor verwachtingen gelden over wat iemand mag en moet doen, en waarbij taken, bevoegdheden, verantwoordelijkheden en benodigde competenties zijn vastgelegd.’ De primaire rol van de docent wordt gevormd door de lesgevende taken; de pedagogisch-didactische rol. De meeste docenten voeren echter ook nog andere werkzaamheden uit. Zij vervullen rollen die zijn gekoppeld aan verschillende typen werkprocessen, zoals onderwijsontwikkeling, organisatieontwikkeling, beleid en ondersteuning en leiderschap. Zo onderscheiden we vijf ontwikkelingslijnen. Naast de ontwikkeling die docenten doormaken via de uitvoering van hun pedagogisch didactische rol, bieden ook de andere rollen kansen voor persoonlijke en professionele groei. Een horizontaal loopbaanpad kan leiden tot betere en bredere inzetbaarheid, zowel binnen als buiten De Meerwaarde. Bovendien draagt de ruimte voor persoonlijke, professionele ontwikkeling bij aan het aantrekkelijk houden van het beroep van docent in verschillende levensfases.
In 2019 is ook het project met de kwaliteitsspiegels met enkele experimenten succesvol afgerond. Kwaliteitsspiegels bieden de teams instrumenten voor doelgerichte reflectie op de wettelijke taken, de schoolambities en de eigen teamambities. Aanbevelingen waren onder meer: de kwaliteitsspiegels verder vorm geven in de ontwikkeling naar de nieuwe leerroutes, informatie makkelijker koppelbaar krijgen en met een app deze informatie gebruikersvriendelijk ontsluiten en beschikbaar maken. Het kwaliteitsbeleid is vanuit de visievorming van het EBC en de opbrengsten van dit project structureel ondergebracht bij het EBC (zie hierboven).
Ontwikkeling naar onderwijs in leerroutes
In 2019 hebben we voor de ontwikkeling van onderwijs besloten stapsgewijs te gaan toewerken naar de realisatie van een toekomstbeeld met drie leerroutes op De Meerwaarde. Hiermee willen we vier doelen bereiken. Allereerst dat leerlingen pas op latere leeftijd gekoppeld worden aan een bepaald niveau (bredere instroomklassen). Ten tweede dat er in het eerste leerjaar naast keuzebegeleiding meer ruimte is voor persoonsvorming en socialisatie. Dit om leerlingen gemotiveerd te houden zodat eerder al een levensechte sectorinkleuring kan plaatsvinden, zonder dat die ontwikkeling leidt tot een eerdere definitieve keuze. In de derde plaats willen we bereiken dat er meer samenhang komt tussen een meer geleidelijke opbouw van onderbouw naar bovenbouw. En tot slot is het doel dat er meer keuzemogelijkheden voor leerlingen ontstaan in de bovenbouw.
Hoe het toekomstbeeld er precies uit komt te zien weten we nog niet; dat wordt juist onderdeel van de ontwikkeling. Een deel van die ontwikkeling gaat plaatsvinden binnen projecten die we verderop in het bestuursverslag beschrijven. We hebben voor de samenhang al wel een eerste steenkoolschets met de contouren vastgesteld. In het eerste leerjaar wordt goed gekeken naar welke leerroute geschikt is voor iedere leerling. Er wordt daarvoor per leerling een uitstroomperspectief opgesteld. Hierin staat verwoord welk perspectief we zien voor hem of haar. Vanaf leerjaar twee beginnen leerlingen in de leerroute die bij hen past. In de beroepsgerichte leerroute (basis en kader) kunnen ze binnen hun gekozen profiel dan ook al werken aan de doelen van hun leerroute. Door dit in leerjaar twee al mogelijk te maken, neemt de motivatie van leerlingen toe. In de GT (nieuwe leerweg) kunnen we overwegen om de keuze een jaar op te schuiven (dus eind leerjaar twee).
Onderstaande tabel laat de mogelijke opbouw van de leerroutes goed zien. Het is nadrukkelijk een concept, omdat het gaat om de stand van zaken in ons denkproces van dit moment.

Zoals hier zichtbaar ontstaan er na het eerste leerjaar – die de werknaam Goede Start heeft – drie leerroutes. Daarbinnen kan na het eerste leerjaar de verdere onderwijsontwikkeling meer doelgroepgericht plaatsvinden.
Onder leiding van de directie en de betrokken teamleiders is de voorbereiding van vormgeving en inrichting per schooljaar 2019/2020 opgestart; met de verandering van portefeuilles van de onderwijsdirectie. Dit alles natuurlijk binnen de kaders van het Leerplan (inclusief FilosoVisie en Pedagogisch Kader).
Onderwijsconcept
Het onderwijsconcept is in 2019 opnieuw vastgelegd in ons Leerplan. Hierin is beschreven op welke manier doelen worden gerealiseerd. Het Leerplan vormt een geheel van verbindende afspraken over de organisatie van het onderwijs, de leeractiviteiten en de evaluatie van leerproces en leerresultaten. Voor de schooljaren 2019-2020 en 2020-2021 vindt dat nog plaats in de huidige organisatievorm met de huidige opleidingsroutes. De inhoud van het leerplan wordt dus per opleiding (BB, KB, GT, GTX, Techniekroute etc.) nader geconcretiseerd en op elkaar afgestemd. Zie verder voor de onderwijsontwikkeling hoofdstuk 2 onder het kopje ‘onderwijskundige en onderwijs-programmatische zaken’.
Overige projecten
Versterking techniek
De impulsgelden voor 2019 zijn conform plan ingezet voor klassenverkleining, ontwikkeling van de doorgaande leerlijn vmbo-mbo, verbetering en vernieuwing van technieklessen op De Meerwaarde en de planvorming voor de transitiefase van Sterktechniekonderwijs. Niet alle impulsgelden zijn besteed in het kalenderjaar 2019. Op basis van een bestedingsplan is gespecificeerd welke resultaten in de komende kalenderjaren zijn gepland.
Om een toekomstbestendig technisch en technologisch vmbo-onderwijs vorm te geven, is in 2019 binnen de regio FoodValley een netwerk gevormd van vier vmbo-scholen die techniek aanbieden: De Meerwaarde, Het Streek, Pantarijn en CSV-Het Perron). De Meerwaarde is voor de gezamenlijke subsidieaanvraag penvoerder geworden in het kader van Sterktechniekonderwijs (STO). De aanvraag is bestemd voor het verstevigen van het dekkende en doelmatige onderwijsaanbod van technisch georiënteerd vmbo-onderwijs in de FoodValley. Vanuit een constructief overleg en een regio-analyse zijn we gestart met de planvorming. Daarbij vond niet alleen afstemming plaats tussen de genoemde scholen, maar met alle scholen in deze regio die ook TL aanbieden, vso-scholen, techniekbedrijven, opleidingsbedrijven, mbo’s en basisscholen. Op basis van een analyse van de regiovisie heeft het netwerk uiteindelijk de volgende doelstellingen geformuleerd:
- Regionaal ontwikkelen: er wordt een ecosysteem binnen de FoodValley ontwikkeld waarin docenten van de verschillende scholen -in samenwerking met stakeholders uit de FoodValley- van en met elkaar leren.
- Realiseren van een onderwijsaanbod voor het primair- en onderbouw voortgezet onderwijs dat gericht is op het scheppen van beelden van techniek en het technisch onderwijs bij leerkrachten, leerlingen en hun ouders (techniekpromotie).
- Realiseren van een up-to-date technische leeromgeving voor leerlingen en docenten in de FoodValley-regio met aandacht voor nieuwe technologische ontwikkelingen.
- Realiseren van doorstroomprogramma’s van het vmbo naar het technisch mbo voor leerlingen van de deelnemende scholen.
Nadat de subsidie-aanvraag op 29 maart 2019 was ingediend, heeft de onafhankelijke toetscommissie deze na een toelichtende presentatie beoordeeld. Op 1 juli 2019 ontvingen we als penvoerder bericht van goedkeuring. In 2019 hebben we vervolgens de governance conform het ingediende plan opgestart en zijn we ook gestart met een inspirerende startbijeenkomst bij Toyota Materials in Ede.
In 2019 hebben we specifiek voor De Meerwaarde extra gelden ontvangen voor Versterking Techniek. Om deze gelden doelgericht in te zetten zijn drie sporen onderscheiden. Deze zijn mede ingegeven door een inventarisatie van achterstanden en ook door de samenhang met en deels vooruitlopend op de regionale visievorming.
- Verbinding PO-VO. Doel van dit project is het ontwikkelen van een doorlopende leerlijn techniek vanaf groep 7 van de basisschool, waarbij voor een deel van de oriëntatie ook gebruik kan worden gemaakt van faciliteiten in het VO (bijvoorbeeld via een skillslab). Op deze wijze willen we zorgen voor een betere oriëntatie op en aansluiting van het techniekonderwijs voor leerlingen van het PO naar de volle breedte van het VO. Dit door gebruik te maken van de zeven werelden van techniek.
- Versterking en verdieping vmbo. Doel is hier om duurzaam technisch onderwijs te realiseren. Verder willen we vernieuwing en kwaliteit inbedden door nauw samen te werken met partners. Dat wordt opgepakt via de lijnen innovaties en moderne apparatuur en professionalisering van docenten. Met dit deelproject wil De Meerwaarde de oriëntatie voor medewerkers en leerlingen beter afstemmen op de ontwikkelingen in de sectoren van nu en in de toekomst. Denk aan de energietransitie, connectivity, smart industry, smart mobility, robotisering, domotica e.d.
- Aansluiting vmbo en mbo techniek. Doel is hier om samen met mbo- onderwijsinstellingen en relevante opleidingsbedrijven de aansluiting tussen vmbo en het vervolgonderwijs te verbeteren. Hierbij gaat het dan ook om het ontdubbelen en het verkennen van mogelijkheden om het techniekonderwijs te verbreden, te verdiepen en te personaliseren in het vmbo. Dit naast inhoudelijke afstemming op bestaande vervolgprogramma’s.
Onderwijs en ICT
In 2019 is een nieuw visiedocument Onderwijs en ICT opgeleverd. Deze is geformuleerd op basis van het Spinnenweb van Van de Akker (en dus passend bij het Leerplan). In het adviesrapport wordt ingegaan op digitale geletterdheid. Daarbij wordt een beeld geschetst van op welke wijze ICT-basisvaardigheden, computational thinking, informatievaardigheden en mediawijsheid kunnen worden gekoppeld aan de eindtermen en tussendoelen; en zo kunnen worden verwerkt in het onderwijsaanbod.
Huisvesting
In 2019 is een concept Programma van Eisen opgesteld, mede op basis van het inventariserend rapport ‘Huisvestingsvisie De Meerwaarde: ruimte voor samen talent ontwikkelen’ (september 2018). Daarnaast zijn activiteiten georganiseerd zoals werkateliers, waarbij gerichte inbreng en feedback is opgevraagd bij betrokken collega’s.
In het concept is beschreven hoe de tijdelijke huisvesting kan worden vervangen. Als eerste kan dit door herinrichting van het bestaande gebouw. Als tweede door een beperkte uitbreiding in de binnentuin met een zogenaamde ‘huiskamer’; in het kader van de ontwikkelingen van passend onderwijs en de positionering van EBC. De derde mogelijkheid is de realisatie van een zogenaamde ‘Techniekhal’. Hier is ruimte om enerzijds ruimtetekort op te vangen en anderzijds nieuwe ontwikkelingen in de Techniek te realiseren, waaronder de mogelijkheid voor een Skillslab voor het PO.
Met ondersteuning van ICS Adviseurs zijn een architect en installatieadviesbureau geselecteerd. Daarnaast zijn overleggen met de buurt en de gemeente Barneveld constructief voortgezet. Met deze projectopzet liggen we op planning om in januari 2020 een definitief concept Programma van Eisen op te leveren. De vervolgplanning ziet er dan als volgt uit: medio maart een Voorontwerp vaststellen en eind mei een Definitief Ontwerp opleveren. Vervolgens is in de tweede helft van 2020 ruimte voor Technisch Ontwerp, voor het doorlopen van de noodzakelijke wettelijke procedures en de aanbesteding.
Wij werken volgens de ‘Code Goed Onderwijsbestuur VO’
Juridische structuur en interne organisatiestructuur
Juridische structuur
De Stichting voor Protestants Christelijk Voortgezet Onderwijs De Meerwaarde is opgericht bij notariële akte d.d. 24-12-2005 en staat geregistreerd onder nummer 08142370 bij de Kamer van Koophandel Oost Nederland. De statuten van de stichting zijn gewijzigd per 24-10-2011. Belangrijkste wijziging betrof de invoering van een Raad- van-Toezichtmodel. Verantwoordelijk voor de interne organisatie is het College van Bestuur dat bestaat uit één persoon. De Raad van Toezicht van vijf personen zorgt voor het toezicht op het College van Bestuur.
Governance
In het kader van de governance is het goed melding te maken van het bestuurlijk perspectief dat ook in 2020 verder is gewerkt vanuit een professionele en open verhouding tussen de Raad van Toezicht en het bestuur. De Raad van Toezicht heeft zich gepositioneerd vanuit het perspectief van waardengedreven toezicht. Vanuit het bestuur en de Raad is het strategisch partnerschap verder vormgegeven door naast de reguliere bijeenkomsten van de Raad van Toezicht met het bestuur met extra themabijeenkomsten stil te staan bij specifieke onderwerpen. Zo zijn de ontwikkeling van de nieuwe leerroutes en de huisvestingsplannen aan bod gekomen. Ook kwam de ontwikkeling van het mbo aan de orde; inclusief een werkbezoek aan REMO in Rijssen ten behoeve van de visievorming op BTO. Andere belangrijke onderwerpen waarbij RvT en CvB vanuit het perspectief van klankborden in 2019 nadrukkelijk hebben stilgestaan, betroffen de visievorming op het EBC en de sturing op netwerken. In het bijzonder ging het om netwerken als de samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs en de aansluiting op passende jeugdzorg in de regio FoodValley.
Het bestuur heeft verder door middel van de reguliere bestuursrapportages en via – zo nodig of wenselijk- tussentijds contact zorg willen dragen voor proactieve communicatie met de Raad. Het bestuur heeft in het contact met de Raad een sparringpartner ervaren en ook vertrouwen en ruimte ervaren in de vormgeving en uitvoering van strategie en beleid.
Het bestuur van De Meerwaarde werkt volgens de ‘Code Goed Onderwijsbestuur VO’. De Code bevat zes lidmaatschapseisen voor de VO-raad. Ze hebben betrekking op verantwoording, medezeggenschap en het tegengaan van belangenverstrengeling. Zo moeten het jaarverslag, de klachtenregeling en klokkenluidersregeling worden gepubliceerd. Ook moet de aanpak van de horizontale dialoog met externe stakeholders worden geformaliseerd, verankerd, onderhouden en vermeld in het jaarverslag.
In 2019 is door de remuneratiecommissie met de bestuurder verder gesproken over de recente zelfevaluatie en de gewenste ontwikkeling. Afgesproken is om de evaluatie gelijk te schakelen met de thema’s uit de professionele standaard voor bestuurders in het VO die in 2019 op de ALV van de VO-raad is vastgesteld. Deze laatste is weer gekoppeld aan de Code Goed Onderwijsbestuur zoals die op 6 juni 2019 geactualiseerd is vastgesteld door de ALV van de VO-raad.
In 2019 is de dialoog met externe stakeholders vormgegeven via onder andere de stakeholdersbijeenkomst ‘Samen Broeden’ met als thema ‘Duurzaamheid’. TED-spreker Ruud Veltenaar leverde een prikkelende bijdrage en er waren tal van workshops. De bijeenkomst werd druk bezocht en was een prachtige plek voor ontmoeting en verbinding van mensen en ideeën. Naast het reguliere contact met bedrijven en instellingen is verder de werkwijze voortgezet om toekomstgericht contact met zogenaamde binnenringen te onderhouden. Vanuit die insteek is -zoals hierboven al meer inhoudelijk vermeld- een beroep gedaan op de werkvelden om gezamenlijk te spiegelen op ontwikkelingen in de praktijk en op een sectoranalyse door Hobeon, om zo samen tot een omgevingsanalyse te komen.
Deze wisselwerking heeft inmiddels geleid tot mooie resultaten. Zo is de binnenring Zorg & Welzijn in 2019 juist vormgegeven door deze op locatie op te zoeken. De binnenring Techniek is in het kader van Sterktechniekonderwijs betrokken bij onder andere het nadenken over techniekonderwijs vanaf de basisschool. En de contacten voor Groen hebben geleid tot mooie nieuwe trajecten met onder andere projecten bij Hamersveld, een mondeling examen bij Intratuin en de realisatie van een Zintuigentuin. Deze tuin kwam samen met de plaatselijke afdeling van Groei en Bloei, Ons Bedrijf, Meerontwerp en een heel aantal andere partijen tot stand.
Ook in 2019 hebben we het regulier overleg met het wijkplatform, de politie en jongerenwerk op een prettige wijze voortgezet en waren er frequente en goede contacten met de gemeente.
Ten slotte beschrijft de Code Goed Bestuur cultuuraspecten die een belangrijk onderdeel vormen van goed bestuur, maar moeilijk in regels zijn te vatten. Hier bij gaat het om bijvoorbeeld: gedrag, leiderschap, professionaliteit en handelen naar normen en waarden. In 2019 zijn deze aspecten ingevuld via gesprekken over de FilosoVisie van De Meerwaarde en de leiderschapsvisie zoals deze is opgesteld via het traject leiderschap, daarnaast via bijdragen aan de studiedagen en ook via gerichte gesprekken met nieuwe personeelsleden. De cultuuraspecten maken verder regulier onderdeel uit van de gesprekscyclus voor beoordelen en belonen.
De Raad van Toezicht en de bestuurder hebben in 2019 gewerkt binnen het vastgestelde Interne Toezichtskader (ITK). Dit ITK is gebaseerd op principes van waardengericht toezicht dat zich met name kenmerkt door strategisch partnerschap en de zogenaamde voorkantbenadering (het bestuur krijgt, binnen de gestelde kaders, ruimte in de uitvoering van strategie en beleid).
In het Toezichtskader zijn de volgende perspectieven toegelicht:
- Identiteit, cultuur en mensen
- Onderwijskwaliteit
- Finance
- Processen, bedrijfsvoering en assets
- ICT
- Stakeholders en M&C
- Algemeen/overig
Het bestuur heeft in 2019 in nauw overleg met de Raad van Toezicht conform de vastgestelde bestuursrapportage gerapporteerd. Daardoor heeft de Raad een goed zicht kunnen krijgen en behouden op de belangrijkste ontwikkelingen als het gaat om de ITK-perspectieven, zodat er effectief intern toezicht kan worden gehouden. De belangrijkste ontwikkelingen zijn afgeleid uit het strategisch beleidsplan dat op basis van de A3-methodiek is geïntroduceerd en in het schoolplan breder is verwoord, en dat door de RvT is goedgekeurd. In de bestuursrapportage worden ook de ontwikkelingen op de belangrijkste strategische projecten regulier verantwoord.
In het kader van horizontale verantwoording is ook voor 2019 het goede contact met de GMR vermeldenswaardig. Het bestuur beschouwt de GMR in het kader van medezeggenschap als de ogen, oren en het kloppend hart van de organisatie en als belangrijke sparringpartner bij beleidsontwikkelingen. Ook bij de GMR heeft het bestuur willen inzetten op proactieve communicatie om vroegtijdige betrokkenheid en meedenken bij belangrijke ontwikkelingen mogelijk te maken. In verschillende bijeenkomsten zijn daarom rond specifieke ontwikkelingen thema-presentaties verzorgd. Het agenda-overleg dat hiervoor is opgezet, is positief voortgezet evenals het technisch vooroverleg over specifieke onderwerpen. Door dit alles lukt het om aan de voorkant samen meer tot een duidelijke gedeelde beeldvorming te komen op specifieke thematiek in relatie tot de gewenste ontwikkeling. En ook om een duidelijke en betekenisvolle agendavorming te krijgen die meer op de toekomst is gericht.
Interne organisatie
De interne organisatie is in 2019 aangepast op de onderwijsinhoudelijke keuze te gaan werken vanuit leerroutes. De onderwijsdirectie stuurt nu de onderwijskundige teams binnen de verschillende leerroutes. De ene directeur is eerst verantwoordelijk voor Pro, GT en EBC en de andere voor basis/kader en het mbo. Ook het EBC wordt vanaf 2019 dus vanuit de nieuwe visie en met de nieuwe positionering rechtstreeks aangestuurd vanuit de onderwijsdirectie. De organisatie wordt ondersteund door zes stafdiensten die onder leiding staan van een directeur bedrijfsvoering. Naast ICT, Financiën & Administratie, Personeelszaken, Facilitair en Marketing & Communicatie, is in 2019 Informatiemanagement apart gepositioneerd.

In het Samenwerkingsverband Passend Onderwijs VO 25-11 Barneveld Veenendaal participeren
De Meerwaarde
Johannes Fontanus College
J.H. Donnerschool
Rembrandt College
Christelijk Lyceum Veenendaal
Christelijke Scholengemeenschap Veenendaal
Ichthus College
De Onderwijsspecialisten
Verbonden Partijen
Het samenwerkingsverband stelt zich verantwoordelijk voor de opvang van alle leerlingen in de regio. Centraal staat het voorkomen van voortijdig schoolverlaten en het streven naar zorg op maat. Subsidie voor sluitende aanpak en voor reboundvoorziening wordt doelmatig ingezet voor de leerlingen van de participerende scholen. Het samenwerkingsverband geeft onder meer vorm aan Passend Onderwijs door er voor te zorgen dat elke school een SchoolOndersteuningsProfiel (SOP) heeft.
Over de richting en inrichting van het samenwerkingsverband vond eerder in 2016 een bestuurlijke discussie plaats. Deze discussie resulteerde in richtinggevende uitspraken waarop een werkagenda is gebaseerd die in 2017 verder is uitgewerkt. Inhoudelijk zijn daarbij met name de onderwerpen ‘nieuwkomers’, ‘hoogbegaafdheid’, ‘thuiszitters’ en nauwere afstemming gemeentelijke voorzieningen en de arrangementen passend onderwijs genoemd. Op deze onderwerpen zijn in 2018 de voorbereidingen voor nieuwe programma’s en arrangementen gestart en is hiervoor binnen de meerjarenbegroting ruimte gecreëerd. De programma’s en arrangementen zijn in 2019 opgestart; ook is een nieuw ondersteuningsplan opgesteld.
Met MBO Amersfoort zijn convenanten gesloten om de doorstroming van vmbo-leerlingen naar het mbo te optimaliseren. In 2019 is veel werk gestoken om een nieuwe hybride mbo- opleiding te realiseren samen met MBO Amersfoort, het Hoornbeeck College en de coöperatieve vereniging van bedrijven uit de metaal, elektrotechniek, installatiewerk en mechatronica. Binnen deze zogeheten Barneveldse Techniek Opleidingen staat werkend leren en lerend werken centraal. Per september 2019 is de eerste groep leerlingen gestart. De samenwerking is vastgelegd in een samenwerkingsovereenkomst waarin De Meerwaarde uitvoerende partij is onder verantwoordelijkheid van MBO Amersfoort.
Met MBO Amersfoort zijn ook verkenningen opgestart voor een zelfde soort opleiding in de techniek voor de bouwsector. Deze verkenning vindt plaats samen met ReVaBo Oosterbeek en Bouwmensen Amersfoort. De verwachting is dat in 2020 deze verkenningen kunnen worden afgerond en er go – no go besluit kan worden genomen voor de ontwikkeling van een vernieuwd programma. Ten slotte hebben er in 2019 samen met MBO Amersfoort en een aantal Barneveldse zorginstellingen verkenningen plaatsgevonden naar een nieuw Onderwijs In Bedrijf concept voor de zorg.
Met Ons Bedrijf werkten we ook in 2019 samen bij het beheer van het Natuurcentrum De Meerwaarde. De cliënten van Ons Bedrijf zijn verantwoordelijk voor het beheer. Dit zijn medewerkers met een beperking die aangestuurd worden door een professional van Ons Bedrijf. We zien dit als een vorm van maatschappelijk ondernemen waarbij onze leerlingen direct in contact komen met mensen met een beperking.
In 2019 maakten vier ondernemers -de garage PON, Verkeersschool Speelziek, lunchroom ’t Meertje en kapsalon Cnip bij Carole- gebruik van een bedrijfsruimte in ons onderwijsgebouw. Met deze partijen hebben we een huurovereenkomst. Het mooie van deze samenwerking is dat – met verschillende invullingen – er allerlei onderwijsinhoudelijke relaties met leerlingen gelegd worden en er levensechte ervaringen kunnen worden opgedaan.
-
Samenwerkingsovereenkomst Platform Onderwijs-Arbeidsmarkt Valleiregio
-
Intentieverklaring regionaal Netwerk Passend Onderwijs, regio Vallei
-
Samenwerkingsovereenkomst betreffende het terugdringen van het aantal voortijdig schoolverlaters door middel van programmagelden
-
Regionaal Arrangement voor de regio Veluwe Zuid
-
Samenwerkingsovereenkomst Rebound Barneveld
-
Samenwerkingsovereenkomst VO-ROC A12
-
Samenwerkingsovereenkomst met MBO Amersfoort
-
Raamovereenkomst met MBO Amersfoort en ROC A12
-
Samenwerkingsverband Veluwse Interne Arbeidsmarkt (VIA)
-
Samenwerkingsovereenkomst ISK Barneveld
-
Intentieovereenkomst ‘Wendbaar vakmanschap in Barneveld’ BTO, MBO Amersfoort, het Hoornbeeck College en de gemeente Barneveld.
Zaken met een behoorlijk politieke of maatschappelijk impact
De financiële ontwikkelingen voor Passend Onderwijs en binnen het Samenwerkingsverband Passend Onderwijs Barneveld–Veenendaal blijven de nodige aandacht vragen. Vanwege toekomstige wijzigingen in de bekostigingsstructuur is er voor de komende jaren mogelijk minder geld beschikbaar voor De Meerwaarde. Dit punt blijft onderdeel van de bestuurlijke gedachtewisseling en het verder uitwerken van de werkagenda in het samenwerkingsverband.
We onderscheiden drie soorten klachten
Klachten
Informele klachten
Meldingen uit de buurt
Voorkoming en afhandeling van klachten
We vinden het onderhouden van goede en open relaties met leerlingen, ouders en ook met omwonenden van groot belang. Daarom wordt geïnvesteerd in goede contacten met leerlingen, in grotere ouderbetrokkenheid en in goede wijkcontacten. Het structureel overleg dat sinds 2017 twee keer per jaar wordt gehouden, kende in 2019 goede voortgang. We kunnen concluderen dat we elkaar goed weten te vinden. Zowel bij reguliere bijeenkomsten, bijzondere activiteiten zoals rond de veiligheidsweek als rondom specifieke aandachtspunten zoals overlast van leerlingen en studenten. Signalen vanuit de wijk worden direct teruggekoppeld richting relevante teams, leerlingen, studenten en zo nodig richting ouders en verzorgers.
Voor de afhandeling van klachten hebben we een protocol met klachtenprocedure en klachtencommissie. We onderscheiden verschillende soorten klachten die elk hun eigen route hebben en uiteindelijk bij de klachtencommissie kunnen uitkomen.
De klachten delen we als volgt in:
1. Klachten
2. Informele klachten
3. Meldingen uit de buurt.
De meeste vragen en opmerkingen komen uiteraard bij de mentor en de teamleider terecht. Wanneer op dit niveau klachten worden opgelost, dan is registratie niet noodzakelijk. Wel wordt altijd verslag gedaan in ons leerlingenadministratie-systeem. Wij registreren dus alleen de (informele) klachten die bij de contactpersonen en de directie terechtkomen, omdat dit vaak (informele) klachten zijn met een grotere impact. Als ze door de contactpersoon informeel kunnen worden afgehandeld, noemen we het een informele klacht. Lukt dit niet, dan wordt het een formele klacht. Alle (informele) klachten zijn in 2019 naar tevredenheid afgehandeld. Als uit verschillende informele klachten blijkt dat een bepaalde thematiek zich voordoet, wordt deze – waar mogelijk – ook extra opgepakt in preventieve zin. Zo is er op basis van eerdere informele klachten in 2018 nadrukkelijk extra ingezet op bewustwording rond het gebruik van de smartphone in relatie tot sexting.
Naast formele en informele klachten hebben we te maken met meldingen uit de buurt. Deze meldingen uit de buurt worden door de conciërge geregistreerd en monitoren we ook op afhandeling. We vinden het belangrijk actief signalen op te vangen en in de omgeving van de school naar de mogelijkheden van de school bij te dragen aan sociale veiligheid.
Overzicht geregistreerde (informele) klachten en meldingen:
SOORT | Aantal | Gemeld bij |
---|---|---|
1. Klachten | 0 | Directie/bestuur |
2. Informele klachten | 2 | Contactpersonen |
3. Meldingen buurt | 3 | Congiërge/veiligheidsmedewerker |
Impact COVID-19
Na balansdatum heeft ook De Meerwaarde grote impact ervaren van de wereldwijde uitbraak van COVID-19; het Corona-virus. De maatregelen van de regering in combinatie met de eigen beleidskeuzes maakten het dat verzorging van het onderwijs radicaal is veranderd. In de eerste plaats zijn we van onderwijs op locatie bij De Meerwaarde naar “afstandsonderwijs” gegaan. En in de tweede plaats zijn veranderingen doorgevoerd met betrekking toetsing en examinering, wat met name voor de examenleerlingen grote gevolgen heeft. De regering heeft besloten om de centrale examens niet te laten doorgaan. Diplomering zal daarom plaats gaan vinden op basis van de schoolexamens. Het afnemen van deze schoolexamens vindt ten tijde van het schrijven van het jaarverslag nog plaats; hierbij is het de uitdaging om op gepaste wijze binnen de kaders van kabinet en RIVM de schoolexamens zodanig te laten plaatsvinden dat de eindtermen gedekt zijn. Daarvoor zal een wijziging van het PTA noodzakelijk zijn. Deze zal conform de aanvullende regelgeving van het ministerie van Onderwijs ter instemming worden voorgelegd aan de GMR en worden gedeeld met de onderwijsinspectie. Onze verwachtingen hierover zijn positief.
Voor De Meerwaarde heeft COVID-19 vooralsnog beperkte financiële gevolgen. Er worden nauwelijks nieuwe aanvullende kosten gemaakt. De financiële reeds aangegane verplichtingen ten aanzien van buitenschoolse activiteiten zijn nagekomen, maar hebben door Corona niet de ‘opbrengsten’ geleverd voor onze leerlingen. Het afstandsonderwijs wordt verzorgd met de bestaande mensen en middelen. Op onderdelen zullen kostenposten stijgen zoals bijvoorbeeld de telefonie-kosten omdat we hebben afgesproken dat onze mentoren wekelijks telefonisch contact zoeken met de leerlingen. Op andere onderdelen zullen kosten afnemen omdat bijvoorbeeld een activiteit als het gala voor examenkandidaten geen doorgang meer vindt.
De gebeurtenissen zullen naar verwachting voor de korte en middellange termijn geen impact hebben op de continuïteit. Het onderwijs blijft doorgang vinden middels afstandsonderwijs, de overheid heeft aangegeven dat de bekostiging geen gevaar loopt. Bovendien is de huidige verwachting dat het onderwijs uiterlijk bij de start van het nieuwe schooljaar of later in het jaar weer kan worden voortgezet op de ‘normale’ wijze. Daarbij moet dan wel worden aangetekend dat het te verwachten is dat er alsdan aanvullende activiteiten nodig zullen zijn in onderwijs en begeleiding die te maken hebben met de maatschappelijke, sociale en persoonlijke impact van het corona-virus en de periode van het afstandsonderwijs. In het kader van het in beeld brengen van continuïteitsrisico’s wordt momenteel gewerkt aan een bredere scenario-analyse.
Nevenfuncties bestuurder
De nevenfuncties van de bestuurder B. Brand zijn per 31-12-2018:
- Voorzitter Toezichthoudend Bestuur Samenwerkingsverband Passend Onderwijs Barneveld – Veenendaal, tevens voorzitter remuneratiecommissie;
- Bestuurlijk medeverantwoordelijk voor de Internationale Schakelklas Barneveld;
- Voorzitter regionale stuurgroep samenwerkingsverband ‘Sterk Techniek vmbo’ Regio FoodValley;
- Lid OOGO (op overeenstemming gericht overleg) Onderwijs en Jeugdbeleid regio FoodValley;
- Lid bestuurlijke stuurgroep VSV Eemland;
- Lid en voorzitter stuurgroep Barneveldse Techniek Opleidingen (BTO);
- Lid van de agendacommissie voor het LEA –platform ‘Elk talent telt in Barneveld’;
- Lid agendacommissie platform Jeugd, gemeente Barneveld;
- Bestuurder samenwerkingsverband Veluwse Interne Arbeidsmarkt (VIA);
- Voorzitter Buurtvereniging Pleintje 06, Zwolle.
Alle nevenfuncties zijn onbetaald. Alle nevenfuncties zijn werk-gerelateerd met uitzondering van de nevenfunctie voorzitter Buurtvereniging Pleintje 06 Zwolle.